Binnenhof, Den Haag. Foto Rob van der Meijden 

Al sinds 2015 is Stichting Donorkind, belangenbehartiger van mensen die verwekt zijn via gameetdonatie, in gesprek met het Ministerie van VWS. Het betreft noodzakelijke wijzigingen van de Wet Donorgegevens; die doet in haar huidige vorm de doelgroep namelijk allerminst recht. Acht jaar later lijkt de afronding eindelijk in zicht. Maar gaat het ook lukken om de broodnodige puntjes op de i te krijgen? 

Geachte Kamerleden,

Als betrokkenen (donorkinderen, donoren, ouders en professionals) volgen wij het debat rondom de wetswijziging van de Wet Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting (Wdkb) uiteraard op de voet. Op dinsdag 9 mei gaat de Tweede Kamer stemmen over de wetswijzigingen en over de bijbehorende amendementen en moties die op 5 en 12 april 2023 werden ingediend.
Een spannend moment, vooral met het oog op de kinderrechten van donorkinderen. Het gaat dan om twee belangrijke elementen die nog niet in de wetswijzigingen zijn opgenomen, maar wel in de moties en amendementen:

1) het loslaten van de leeftijdsgrenzen (zie hiervoor ook het onderzoeksrapport in opdracht van ZonMW dat op 1 februari werd gepubliceerd),
2) het registreren van donorkinderen door de Stichting Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting, na wetswijziging College Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting.

Bedroefd waren wij dan ook om te horen en te lezen dat het amendement zoals ingediend door Tweede Kamerleden Corinne Ellemeet (GL) en Julian Bushoff (PvdA) – waarin wordt gepleit voor registratie van donorkinderen zelf – door de Minister wordt ontraden.

Loslaten van leeftijdsgrenzen 

Over het loslaten van de leeftijdsgrenzen is eveneens een motie ingediend door meerdere Kamerleden: Wieke Paulusma (D66), Corinne Ellemeet (GL) en Julian Bushoff (PvdA). Helaas reageerde de Minister ook daarop terughoudend. Maar in de toelichting bij deze motie beargumenteren de indieners waarom de leeftijdsgrenzen losgelaten dienen te worden.

Als personen die, in verschillende rollen, betrokken zijn bij Stichting Donorkind en haar achterban (onder wie donorkinderen, donoren, ouders, juristen, orthopedagogen) dringen wij er sterk op aan om die leeftijdsgrenzen toch los te laten. Nadere uitleg waarom wij dit wenselijk achten heeft Stichting Donorkind eerder gegeven in de brief die op 10 juni 2022 aan de Tweede Kamer is gestuurd en die hier te lezen is.

Bijna een jaar eerder, op 3 september 2021, schreef Stichting Donorkind ook al een uitgebreide brief aan het Ministerie van VWS, met input voor de wetswijzigingen van de Wdkb. Dit pleidooi werd ondersteund door Fiom, Defence for Children en Stichting Meer dan Gewenst.
Enkele kernpunten uit deze brief willen we hieronder kort noemen:

1) Statusinformatie voor donorkinderen

Het actief informeren van donorkinderen over het feit dat zij donorkind zijn, staat nog niet beschreven in de Wdkb. Donorkinderen kunnen nu pas (geanonimiseerde) informatie krijgen over de donor vanaf de leeftijd van 12 jaar; daarvoor kan dit alleen via hun ouders.
En om als donorkind een verzoek te kunnen indienen, moet je zelf wel weten dát je donorkind bent; de zogeheten ‘statusinformatie’. De mens die deze statusinformatie niet heeft, kan geen gebruik maken van het mensenrecht dat deze wet nu juist wil waarborgen.

2) Centrale registratie van gameetdonoren

Dit ter voorkoming van de excessen waarmee we de laatste jaren steeds vaker worden geconfronteerd. Denk hierbij aan fertiliteitsartsen die heimelijk zelf doneren, maar ook aan veel te veel donorkinderen per donor, tot en met ‘massadonoren’ die zich ongebreideld willen voortplanten.

Uit de contacten die Stichting Donorkind onderhoudt met wensouders en belangenorganisaties van wensouders blijkt bij deze groep ook behoefte aan registratie van gameetdonoren zónder tussenkomst van kliniek of ziekenhuis. Vandaar dat Stichting Donorkind een registratiesysteem bepleit waarbij donoren zowel particulier (bijvoorbeeld via een notaris) als via klinieken kunnen worden geregistreerd.

Idealiter zou een wereldwijde centrale registratie het meest recht doen aan donorkinderen, aangezien klinieken en wensouders steeds meer gebruik maken van internationale spermabanken, die wereldwijd sperma van buitenlandse donoren leveren.

3) Registratie van donorkinderen zelf

Klinieken hoeven nu alleen de behandeling te registreren na 24 weken zwangerschap. Dit betekent dat de donorkinderen die uit deze zwangerschappen voortkomen niet worden geregistreerd, maar óók de eventuele miskramen of overlijdens niet. Wanneer een donorkind later bij het College Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting navraag doet over halfsiblings, kan diegene dus alleen te horen krijgen hoeveel behandelingen er hebben plaatsgevonden. De eigenlijke vraag – hoeveel halfbroers en -zussen er zijn – blijft onbeantwoord, met alle onzekerheid van dien.

Wij hopen van harte dat u deze punten aandachtig wilt overwegen bij uw keuzes op 9 mei. Het gaat hier immers om mensenrechten.

Ties van der Meer, voorzitter Stichting Donorkind
Ester de Lau, algemeen bestuurslid Stichting Donorkind
Brenda Frederiks, gezondheidsjurist
Amber Boven, orthopedagoge en donorkind
Eefje Habets, onafhankelijk jeugdvertrouwenspersoon en donorkind
Ludmilla Coornstra, vrijwilliger Stichting Donorkind en donorkind
Margaretha Coornstra, journalist en moeder van een donorkind