2016 is een gedenkwaardig jaar voor pianist Hannes Minnaar. Met het Orkest van het Oosten voltooit hij een cd-cyclus van Beethoven-concerten.
Eind september verschijnt een nieuwe solo-cd waarop hij Gabriel Fauré portretteert. En op 1 oktober krijgt hij in Amsterdam de Nederlandse Muziekprijs uitgereikt.
(de Stentor, &-katern, 22-09-2016)
Jazeker, we mogen in pianist Hannes Minnaar (31) een oud-streekgenoot zien. Op zijn tiende jaar kwam hij vanuit het Zeeuwse Yerseke in Emmeloord wonen. Daar ging hij op pianoles bij Johan Huitema, in het Muzisch Centrum.
,,Ik had al ruim twee jaar les gehad en Johan was heel enthousiast, hij gaf mij allemaal moeilijke stukken op, zoals de Intermezzi van Brahms. Hij vroeg ook meteen: ‘Heb je al eens een examen gedaan? Dat lijkt me wel wat voor jou.’ En wat ik heel bijzonder aan hem vind: zodra hij doorhad dat het wel erg lekker liep allemaal, zocht hij zelf een andere leraar die mij volgens hem beter kon begeleiden. Dat werd Marien van Nieukerken in Epe.”
Zes jaar lang bleef Hannes onder de hoede van Van Nieukerken. ,,En dat was flink aanpoten. Marien heeft mij méér dan klaargestoomd voor het Conservatorium van Amsterdam.”
Sturing
De rest is geschiedenis. Hannes Minnaar werd gelauwerd op internationale concoursen (ook als kamermusicus met het Van Baerle Trio) en zijn debuut-cd bleek in 2012 meteen al goed voor een Edison. Recent wapenfeit: de Nederlandse Muziekprijs voor jonge, getalenteerde musici.
Minnaar schetst hoe het traject naar deze prijs er uitziet: ,,Je moet je opgeven en dan doe je eerst auditie. De bedoeling is dat je binnen enkele jaren een bepaalde ontwikkeling laat zien. Een belangrijke reden voor mij om mee te doen was dat je een mentor krijgt. Ik zocht wat sturing. Het pianorepertoire is zo enorm groot, dat het wel fijn is als er iemand met je meedenkt.”
Elegant
Ongeveer tegelijk met de prijsuitreiking komt zijn nieuwste cd uit, met pianomuziek van Gabriel Fauré (1854-1924). Fauré’s oeuvre is wat onderbelicht gebleven, meent Minnaar: ,,Dat kwam natuurlijk ook doordat hij zo’n geweldige student had, Maurice Ravel, en in dezelfde tijd leefde als Claude Debussy. Fauré’s liederen zijn heel bekend, maar zijn pianomuziek minder. Terwijl het eigenlijk allemaal even goed is, en wel zo goed dat je denkt: dit moeten mensen horen!”
Fauré was nogal introvert van aard, aldus Minnaar. “Zijn werken zijn ook nooit bombastisch, nooit gericht op uiterlijk vertoon; het zijn wonderen van subtiliteit. Alles klinkt even elegant en bijna ‘geparfumeerd’, zonder ooit oppervlakkig te worden. Veel pianomuziek is trouwens nog best lastig te spelen. Het is zó chromatisch gecomponeerd, met zoveel harmonische schakeringen, dat geheugenslipjes al gauw op de loer liggen.”
Hannes Minnaar raakte ook gefascineerd door de ontwikkeling die Fauré doormaakte: ,,Vanuit de romantiek en de ‘betere salonmuziek’ wordt zijn muziek steeds soberder en geconcentreerder. Rond de eeuwwisseling krijgt hij gehoorproblemen en kan de lage en tonen niet meer onderscheiden. Zijn muziek speelt zich dan steeds meer in het middengedeelte van de piano af. Verder leed hij aan depressies. Vooral in zijn latere nocturnes hoor je het piekeren, de slapeloze nachten waarin zijn gedachten in kringetjes ronddraaien… Maar toch eindigt het telkens alsnog heel vredig.”
Schrijnend
Een totaal ander project rondt Minnaar binnenkort af met het Orkest van het Oosten en dirigent Jan Willem de Vriend. Eind september voeren ze het Derde Pianoconcert van Beethoven uit, dat vervolgens nog wordt opgenomen. Daarmee is het cd-drieluik met alle vijf pianoconcerten van Beethoven compleet. Vorig jaar verschenen deel 1 en 2, eind dit jaar komt cd 3 uit.
Minnaar: ,,Ik ben dolblij dat we dat we die cyclus nog konden voltooien. Want het is toch schrijnend wat het Orkest van het Oosten de laatste jaren zoal over zich heeft gekregen. Het is een wonder dat ze nog bestaan. Ik weet weinig van de historie van het orkest en de politiek eromheen. Maar ik weet wel dat er fantastische musici in zitten die keihard werken en niet gestraft mogen worden voor een beleid in de hogere regionen. Dit soort mensen, daar moet je trots en zuinig op zijn.”
Bovendien, voegt hij eraan toe, speelt het Orkest van het Oosten ook dit seizoen weer in een mooie ambiance: ,,De Spiegel in Zwolle heeft een prachtige zaal met een prima vleugel. Het Muziekcentrum Enschede ook, maar die zaal zit dan ook altijd vol. Ik heb begrepen dat er in Zwolle doorgaans veel minder publiek komt. Wat eigenlijk vreemd is, voor een stad met zo’n culturele uitstraling. Daar hoort klassieke muziek toch zeker bij. En het Orkest van het Oosten verdient een groot publiek.”
Intiem
Behalve in grote zalen treedt Hannes Minnaar ook dit seizoen weer veelvuldig op in kleinschaliger settings. Nu eens met violiste Isabelle van Keulen (in de Deventer Schouwburg), dan weer met het Van Baerle Trio (in het kerkje van Hall) en af en toe solo. ,,Die afwisseling vind ik heerlijk. De ene week speel ik pianoconcert van Grieg in de Concert Hall in Brisbane, de andere week zit ik in m’n eentje in de kerk van Blokzijl. Dat relativeert. Ik houd van die kleine podia. Het is intiem, het publiek zit als het ware om je heen, dus je hebt ook echt contact met die mensen. Oké, soms galmen zulke kerken iets te veel. Maar in Hall en Blokzijl hebben ze de perfecte akoestiek.”
Hannes Minnaar speelt van 24 september t/m 18 maart in o.a. Deventer, Zwolle, Blokzijl, Hall en Ede.
Meer informatie: www.hannesminnaar.com/agenda