Nieuw album van Marietta Petkova


Voor het Debussy-jaar 2018 maakte Marietta Petkova een diepgravende studie van zijn 24 Préludes. Het resultaat komt dit najaar uit: haar soloalbum ‘Feux d’Artifice’. Live ingespeeld op 20 juni 2019, tijdens een recital in die ene Zwitserse zaal waarmee ze zich al zo lang liefdevol verbonden voelt: de Salle Paderewksi in het Casino de Montbenon te Lausanne.

(Foto Chris Hoefsmit)

“Er zat een fijngevoelig publiek van connaisseurs, dat speciaal voor Debussy gekomen was. Dat kon je aan alles merken.” Marietta Petkova’s ogen glanzen wanneer ze terugdenkt aan die zomeravond in Lausanne. Ze houdt van deze plek. “Het Casino de Montbenon is een magnifiek oud gebouw uit 1903, in de sfeer van het fin de siècle. Tussen pittoreske tuinen, met uitzicht op het Meer van Genève…”
De dierbaarste herinneringen koestert ze aan de Salle Paderewski met zijn rijke historie. Hier speelde het crème de la crème: Gieseking, Arrau, Michelangeli. En hier speelde ook Petkova zelf als bedeesde studente, tijdens het Clara Haskil Concours 1989. “Er was maar één prijs, maar de drie finalisten mochten op het Galaconcert spelen. Qua punten kwam ik nét niet in aanmerking voor de prijs, wel voor het Galaconcert.”

Stipendium

Maar tijdens dat Galaconcert leidde haar intense voordracht van Schumanns Pianoconcert in A tot hevige beroering. “De prijs was naar een leerling van Nikita Magaloff gegaan, die ook de jury voorzat,” blikt ze terug. “Maar het publiek vond dat ík had moeten winnen. Het werd bijna een rel.”
Speciaal muziekjournalist Pierre Hugli nam het voor haar op: “Dit was zonder twijfel de top van het Clara Haskil Concours,” poneerde hij in het Journal de Genève. Petkova: “Weldra bleek dat Hugli ook programmeur was van een concertserie in de Salle Paderewksi. Na het concours nodigde hij mij uit voor een recital.”
En het werd nog mooier: na het Galaconcert kwam de topman van hoofdsponsor Nestlé op haar af, Helmut Maucher. Ook hij was van mening dat Petkova had moeten winnen. Petkova: “Maar hij besefte ook dat ik − arme studente uit het Oostblok − het aan de prijs verbonden geldbedrag bitter nodig had. Tien dagen later kreeg ik een brief van Nestlé: ze boden mij een éénjarig stipendium aan.”

Weerzien

Sinds 1993 is Petkova regelmatig te gast in de Salle Paderewski. “Mijn belangrijkste cd’s zijn daar gemaakt opgenomen. Mijn allereerste album in 1996, met de integrale Études-Tableaux van Rachmaninov. En mijn internationale doorbraak: de opname van 28 mei 2002, met alle 13 Préludes van Rachmaninov.” Stralend: “Toen speelde ik op dezelfde Steinway-vleugel als die waarmee we nu Chopin en Debussy hebben opgenomen. Ik werd toen meteen verliefd op dat instrument en herkende hem nu meteen. Als het weerzien met een oude vriend: hij is wat ouder geworden, maar zó rijk en ook zó geschikt voor Debussy. Zijn klanken sluiten naadloos aan bij mijn beleving van de muziek.”

Petkova zweert bij live opnamen, wijst het studiowerk principieel van de hand. “Als ik speel, zit ik in een proces. In een studio blijf je steeds opnieuw fragmenten inspelen vanuit de gedachte: ‘Het kan altijd mooier’. En dan krijg je die honger: nóg een take, en nóg een. Uiteindelijk zit je met een verzameling takes en wil je de mooiste stukjes aan elkaar plakken. Maar dan komt het probleem: dan moet je kíezen…” Resoluut schudt ze het hoofd: “Nee, ik geloof in de eenheid van tijd en ruimte. In de kracht en de concentratie van dat ene moment waarop je al spelend jouw publiek ontmoet. Want dan spreek je de verzameling aan van de aller-, állerbeste takes die diep binnenin jouzelf ligt opgeslagen.”

Redactie

Tijdens het seizoen 2017/2018 speelde Petkova naast Livre 1 van Debussy ook enkele Ballades van Chopin. Termen als ‘expressief’ en ‘hartstochtelijk’ schoten hopeloos tekort voor haar vertelkunst in dit programma. Zelden hoor je de compositiestructuren zo geraffineerd en tegelijk zo helder weergegeven. Onder Petkova’s handen veranderen de Ballades in landschappen met illustere, onvermoede doorkijkjes. Wat blijkt? Voor deze Chopin-interpretaties gebruikte Petkova de uitgave uit 1915, waarvan Debussy indertijd de redactie had gedaan. “Daarin geeft hij niet alleen waardevolle aanwijzingen voor frasering en dynamiek, maar zelfs voor vingerzetting en pedaal. Hij was een groot bewonderaar van Chopin. Dus al studerend op Debussy heb ik ook Chopin herzien.”

Debussy krijgt bij Petkova een menselijke stem, waar zijn muziek bij menig andere pianist zo cerebraal kan klinken, gekunsteld-subtiel, hoe moet je het zeggen..? Petkova schiet in de lach: “Ja, dat is de valkuil. Pianisten spelen hem vaak óf heel vaag en voorzichtig, óf met holle virtuositeit. Maar Debussy werkt niet alleen in pasteltinten. En zijn muziek schreeuwt ook niet, ze spreekt. Het is geen impressionisme in de zin van: vluchtige impressies van buitenaf. Nee, de impressie zó sterk, dat ze de realiteit nog overtreft. Hij imiteert de natuur niet, hij zet in enkele penseelstreken de essentie neer.” Ze refereert aan het beroemde schilderij van Monet, ‘Impression, soleil levant’: “Die vuurrode zon boven het water. Van dichtbij zie je een klodder verf. Maar op afstand is het de warmste zon die je je kunt voorstellen. Zó is Debussy: niet vaag en abstract, maar juist warmbloedig en menselijk!”

Marietta Petkova: ‘Feux d’Artifice’, Bloomline BS019-096
www.mariettapetkova.rocks





M